De Hollandse waterlinie is een eeuwenoud defensieproject dat de “Vesting Holland” moest beschermen tegen vanuit het oosten binnenvallende legers. In de negentiende eeuw verbeterd maar tegenwoordig niet meer dan cultureel erfgoed. Deze waterlinie was het centrale thema van dit jaarfeest.

Het was de laatste zondag van september 2011 dat de zomer blijk gaf van haar aanwezigheid. Een dag vol zon dus. Met toestemming van Staatsbosbeheer verzamelden zich op Fort Vechten, bij Bunnik, ongeveer 140 Traction Avants en enkele andere leden van de Citroënfamilie met hun berijders om het jaarfeest te beginnen. De oude auto’s mochten op het binnenterrein, nieuwer blik moest genoegen nemen met een plaats op het weiland buiten de poort. De koffie met koek waren aanwezig en degenen die zich hadden ingeschreven ontvingen binnen de tas met bescheiden waaronder enkele consumptiebonnen en de routebeschrijving voor later, alsmede informatieboekjes over de waterlinie. Menig bezoeker nam middels de rondleiding met belangstelling kennis van de historie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.

Tegen het middaguur was het tijd om een aanvang te maken met de eerste rit. Deze rit leidde de belangstellenden via een aantal forten van de waterlinie in de buurt van Utrecht naar Soesterberg. Daar was het tweede verzameladres bij het Militaire Luchtvaart Museum. Naast de twee museumhallen was een groot terrein gereserveerd om alle Citroëns netjes te parkeren. En het werd lekker vol. In gele hesjes gestoken parkeerwachters wezen de rijders naar de plaats waar de auto veilig kon staan. Onder het aluminium van de oude straaljager werd het een drukte van belang. Lurkend aan een blikje frisdrank en knabbelend op een broodje warme worst deden velen wat hier te doen is: Kijken naar de oude vliegtuigen die onze defensieve luchtwapens waren.  Oude Amerikaanse straaljagers die vroeger op Vliegveld Soesterberg gestationeerd waren misstonden niet naast de automobiele techniek van vroeger.

De staat van het Traction wagenpark was zeer divers, zo was al snel zichtbaar. Van auto’s die tot in de puntjes waren gerestaureerd tot een Traction die zo te zien zeer kort geleden aan de vergetelheid in een oude schuur was onttrokken en in aanmerking komt voor een complete ‘make-over’.

Een oude Eend die er van buiten uitziet als een armetierig stukkie blik dat met touw en draadjes bij elkaar wordt gehouden, maar daaronder een goed stuk techniek verbergt naast een met stickers geïllustreerde Dyane. Overal stond men gebogen te kijken onder geopende motorkappen, ervaringen en raadgevingen werden ruimschoots uitgewisseld. Mooie Ds-en waren er ook. Al hun berijd(st)ers gaven het terrein een feestelijk karakter. Dat was natuurlijk mede te danken aan het geweldige weer met temperaturen van dik boven de twintig graden. Iedereen had het naar de zin.

Nadat er een paar heerlijke uren waren verstreken werd het tijd om de sleutel weer in het contactslot te steken om op weg te gaan voor de tweede rit. Deze rit door het mooie land van de Utrechtse Heuvelrug en de Gelderse vallei zou ons brengen naar het einddoel van de dag. Ten oosten van Leusden vonden wij daar de uitspanning Het Klaveet. Daar konden wij genieten van de goede dingen die de aarde voortbrengt. Kortom, het was etenstijd. Maar niet voordat wij een drankje hadden genuttigd op een der zitjes die langs het parkeerterrein liggen. We zagen de auto’s een voor een aankomen en al snel stond het weer rijen dik met mooi blik. 

Binnen was de eetzaal klaar om ons te ontvangen en al snel was iedereen binnen. Na een welkomstwoord van de voorzitter mochten we aanvallen op het warme buffet. En dat mocht er wezen. Heerlijke soep vooraf, gevolgd door zelfbediende dampende eetwaren op het bord. Aardappeltjes, frietjes, diverse soorten vlees, salades en dat allemaal vergezeld van een glas bier, wijn, water of andere drank vulden onze knorrende magen die na deze dag van sjouwen en rijden wel toe waren aan wat vulling.

De prijsvraag die tijdens de ritten moest worden opgelost resulteerde in drie gelukkige prijswinnaars die met applaus werden gefeliciteerd.

De volgende die de microfoon gebruikte was Mick Popka. Die met die mooie walrussnor. Hij is lid van het promotieteam dat speciaal voor deze gelegenheid uit Engeland was gekomen om ons te wijzen op de 15e ICCCR die in augustus 2012 in Yorkshire zal plaats vinden. Op een vraag of hij daar ook voor goed weer zou zorgen deelde hij het volgende mee:

“We zitten daar beschermd door de bergrug die dwars door Engeland loopt, (Appenijnen). De regen die in wolken vanaf de Atlantische Oceaan komt valt ten westen van deze bergen op plaatsen als Manchester en Liverpool. Dat heeft”, voegde hij er met Britse humor aan toe, ”tot gevolg dat de mensen daar allemaal met vliezen tussen hun tenen lopen, met eendenpoten dus”. Gelach was zijn deel. ” Maar”, zo ging hij verder, ”wij beloven jullie dat we ons best blijven doen voor mooi weer. Iedere maand offeren we een jong meisje aan de weergoden om ze gunstig te stemmen”. Zou Obélix dan toch gelijk hebben gehad toen hij met zijn vinger tegen zijn hoofd tikte en deze woorden sprak: ’Rare jongens die Britten’?

Om een uur of acht vertrokken de eerste aanwezigen om de lange terugreis naar bijvoorbeeld Leeuwarden of België te gaan maken. Toen later de laatste feestganger was vertrokken werd het stil in het Klaveet. Het parkeerterrein lag er weer verlaten bij en de stilte van de omgeving nam bezit van de ruimte. Wat ons nu rest is de herinnering en de foto’s. Met dank aan Frits en Herman. Kijk vooral op de web site voor meer mooie foto’s.

Zo kijken wij terug op een uitermate geslaagd jaarfeest. De organisatie van Midden was prima en hier geldt een woord van dank aan de organisatoren en medewerkers. Maar het feest zou natuurlijk niets zijn geworden zonder alle bezoekers, dus ook hen, u dus lezer(es), geldt een woord van dank voor de geweldige sfeer die we met elkaar hebben gemaakt. Bij dezen.

Piet van Vledder

Herman, Frits en een foto met je auto